Noodwet
voor oude stadswijken
Bedrijven bevoordeeld, inkomenseis huurders
Van onze verslaggever
ROTTERDAM - Het kabinet wil met een aantal noodmaatregelen de oude stadswijken
in de grote steden er snel bovenop helpen. Huisjesmelkers worden keihard aangepakt.
Er komt een inkomensgrens voor mensen die in die buurten willen gaan wonen, en
bewoners die een bedrijfje willen beginnen krijgen subsidie en belastingvoordeel.
Omdat de problemen in Rotterdam het grootst zijn, worden de 'Verzamel- en Uitzonderingswet',
als eerste daar van kracht. Daarna, volgen de andere drie grote steden, zei minister
De Graaf (bestuurlijke vernieuwing) gisteren bij de presentatie van een grootscheeps
plan van aanpak voor de grote stadsproblemen in het Rotterdamse stadhuis. Volgens
De Graaf staat Rotterdam voor een 'buitenmaatse opgave' die vraagt om 'het bewandelen
van onorthodoxe paden'. Het idee voor 'economische kansenzones' in verloederde
buurten heeft het kabinet afgekeken van Frankrijk waar dat goed werkt. Ondernemers
die er een winkel of bedrijf beginnen, krijgen een startsubsidie en hoeven minder
onroerende zaakbelasting te betalen voor hun bedrijfspand dan elders in de stad.
Het kabinet geeft 24 miljoen euro voor een proef van vier jaar met de kansenzones,
Rotterdam legt er eenzelfde bedrag bij. Om de burenoverlast in oude stadswijken
tegen te gaan, zullen de wetten Victor en Victoria worden opgerekt.Tot nu toe
kunnen daarmee alleen overlastgevende drugspanden worden onteigend door een gemeente.
Binnenkort kan dat ook bij panden waar sprake is van overbewoning, illegalen
of louche huiseigenaren. En door het instellen van een inkomensgrens komen kansarme
woningzoekers van buiten de regio niet meer in aanmerking voor een woning in
een achterstandswijk, ook niet als die particulier verhuurd wordt. Het Rotterdamse
college is ingenomen met het kabinetsvoorstel. Het denkt met name aan de oude
stadswijken in Rotterdam-Zuid, zoals Hillesluis, Tarwewijk en rondom de Dordtselaan
en Strevelsweg.
Rotterdam krijgt van het kabinet ook de ruimte voor een proef tot terugdringing
van het aantal drop-outs. Ruim dertig procent van de Rotterdamse jeugd verlaat
de middelbare school zonder diploma. In de havenstad wordt er daarom per 1 juli
een werk/leerplicht tot 23 jaar ingevoerd. Jeugdige schooluitvallers krijgen
dan geen uitkering meer. Het arbeidsbureau probeert eerst een geschikte andere
opleiding voor " drop-outs” te vinden. Als dat niet lukt, worden de
jongeren al dan niet gesubsidieerd aan het werk gezet tot hun 23ste. Wethouder
Van der Tak (onderwijs en integratie) voorziet wel een probleem bij de Rotterdamse
proef. Veel jongeren haken af omdat het vmbo te theoretisch voor hen is. Hij
wil daarom met de Rotterdamse vmbo's gaan praten over het oprichten van een speciale
praktische beroepsopleiding, 'een moderne ambachtsschool'.
MinisterVerdonk (integratie) benoemde Rotterdam gisteren tot proeftuin voor de
inburgering van 'oudkomers', migranten die vóór 1998 naar Nederland
zijn gekomen. Van de 350 à 400000 oudkomers wonen er zestigduizend in
Rotterdam.
Vooruitlopend op het nieuwe inburgeringstelsel in 2006 gaat de stad een deel
van die oudkomers al een inburgeringcursus geven, allereerst vrouwen en werklozen.
Van Verdonk krijgt het daarvoor echter geen extra geld. Die verwijst Rotterdam
door naar de Brusselse subsidiepotjes.
Trouw
29 april 2004
|